|

Land of the rich, home of the influential

De Amerikaanse regering vertegenwoordigt niet de belangen van de meerderheid van de bevolking, maar wordt in grote mate beïnvloed en gestuurd door de rijkste en machtigste Amerikanen. Dat is de conclusie van een onderzoek van de Amerikaanse universiteiten Princeton en Northwestern, die meer dan achttienhonderd wetten en beleidsstukken onder de loep namen die tussen 1981 en 2002 werden doorgevoerd. De Verenigde Staten, het land dat prat gaat op zijn reputatie als de wereldwijde beschermer en pleitbezorger van democratie, is een plutocratie.

The central point that emerges from our research is that economic elites and organized groups representing business interests have substantial independent impacts on US government policy, while mass-based interest groups and average citizens have little or no independent influence.

Nu zal dit voor veel cynici misschien niet de meest verrassende conclusie zijn. Kijk maar naar de vele schietincidenten de afgelopen jaren. Zelfs na het gruwelijke bloedbad op de school in Newtown, waarbij twintig kinderen de dood vonden, werden er geen strengere wapenwetten aangenomen. Hoewel een meerderheid van de bevolking dat wilde. Of het belasten van de rijken. Nog een voorstel waar een ruime meerderheid van de bevolking voor is, maar waar curieus genoeg maar weinig van terechtkomt.

benjamins (1)

Het wordt niet genoemd in de paper, maar het is opvallend dat de onderzoekers 1981 als beginjaar kozen. Dat is is hetzelfde jaar waarin Ronald Reagan, de beschermheilige van de moderne Republikeinse Partij, aan zijn eerste termijn als president begon. Reagan was de man die mensen er van overtuigde dat de overheid niet kan helpen, maar ten grondslag ligt aan hun problemen. “I’m from the government and I’m here to help”, waren volgens Reagan de negen meest angstaanjagende woorden in de Engelse taal. En Reagan was de man die het grote geld geen duimbreed in de weg wilde leggen. Drastische belastingverlagingen, het afschaffen van allerlei vormen van toezicht op industrieën. Alles om de ‘captains of industry’ vrij baan te geven.

En vandaag de dag zijn de hoogste rechters van het land niet te beroerd om een handje te helpen. In de recente uitspraak in de McCutcheon-zaak zei de conservatieve meerderheid bij het Hooggerechtshof dat alleen letterlijke quid pro quo corruptie (rijke man geeft zak geld aan politicus, zegt hardop wat hij daar concreet voor terug wil) een reden kan zijn om het recht op ‘political speech’ in te perken. Alleen directe omkoping dus.

Spending large sums of money in connection with elections, but not in connection with an effort to control the exercise of an officeholder’s official duties, does not give rise to quid pro quo corruption.

Nor does the possibility that an individual who spends large sums may garner ‘influence over or access to’ elected officials or political parties.

En aangezien eerder door hetzelfde hof is vastgesteld dat bedrijven ‘personen’ zijn voor de wet, en geld gelijk staat aan spreken in die context, is de uitkomst van het Princeton-onderzoek dus geen ongelukkige samenloop van omstandigheden. Dit is precies wat de voorzitter van het hof, John Roberts, en zijn medeconservatieven voor ogen hebben als ze aan democratie denken.

De volgende generatie plutocraten staat overigens al in de startblokken, en de machtigsten der aarde willen maar al te graag luisteren. Een honderdtal erfgenamen van steenrijke families werden vorige maand ontvangen in het Witte Huis om te bespreken wat ze later met al hun geld willen doen. De rijkste Amerikanen hebben met hun miljoenen ongekende toegang gekocht tot de machtigste politici, en die toegang lijkt erfelijk te zijn.

Vergelijkbare berichten