Koerdische journalisten aan tafel in Diyarbakir. Foto Ans Boersma
|

‘Koerdische én Turkse journalisten worstelen met persvrijheid’

Of we bier willen. Waarom we niet roken. Dat we geen echte journalisten zijn. In Diyarbakir – de Koerdische hoofdstad van Turkije – komen journalisten regelmatig samen in het plaatselijke journalistencafé. Na een achterdochtige start komen de tongen los.

Aan tafel zitten vijf Koerdische journalisten, werkzaam bij lokale tv-zenders en kranten. Als er dan selectiecriteria zijn voor goede journalisten, staat een tijdje in de gevangenis toch wel hoog op de lijst.

Want Turkije is niet echt een warm bad voor journalisten. Tweede Kamerlid Mirjam Sterk wijdde er eind 2013 deze aflevering aan. De combinatie Koerd en journalist is helemaal vragen om problemen. De journalisten die deze avond aanschuiven, hebben allemaal een gevangenschap op hun cv staan. Of ze er trots op zijn? Nee. Andere trots overheerst: het is een eer om journalist te zijn in Amed – zoals de stad hier in de volksmond heet.

Koerdische cultuur mag weer
Regelmatig komen ze samen in het café. Wat ze bespreken? Werk. In combinatie met de Koerdische stand van zaken. Het bezoek van premier Erdogan aan de stad in november bood dus genoeg gespreksstof. Tijdens een historische bijeenkomst ontmoette hij Barzani, de premier van de Koerdische Autonome Regio, grenzend aan Turkije. Daarnaast haalde Erdogan twee Koerdische muzikanten naar de stad.

De journalisten hebben hun twijfels bij de echtheid van het bezoek. Mücahit Ceylan van de Diyarbakir Haber Gazetsi legt uit:

Het klopt niet. 13 jaar geleden werd mijn tv-station gesloten omdat ik een muziekfragment van Şivan Perwer liet horen. Ik belandde een maand in de gevangenis. Nu haalt Erdogan deze zanger hierheen. Perwer leefde jarenlang in ballingschap na zijn vlucht uit Turkije, om zijn muziek. Voor ons is dit een gekke gewaarwording.

De journalisten vertrouwen het niet en zijn het erover eens: Erdogan wilde punten scoren voor zijn herverkiezing.

Op de grens balanceren
In hun kranten proberen ze echter onafhankelijk te zijn. Dat levert hen regelmatig een berisping op van lezers, vertelt Mesut Fidancılık (Yenigun Gazetesi). Zoals bij de verslaggeving over de ontmoeting tussen Erdogan en Barzani. “We kregen daarna de vraag waarom we zo naïef waren: iedereen wist toch de verborgen agenda van de Turkse premier? We leggen lezers dan uit dat dit soort meningen in een commentaar passen, maar dat wij een onderscheid maken tussen feiten en meningen.” Deze aandacht voor hun verslaggeving heeft ook een ander gevolg, voegt de journalist toe. “We weten dat de overheid ons in de gaten houdt”.

Over hun eigen werk maken ze zich niet meer zoveel zorgen. Ze hebben jarenlange ervaring met het manoeuvreren door dit journalistieke spanningsveld. Mücahit Ceylan is ook behoudend positief: “Hoewel we niet veel vertrouwen hebben in de regering, zijn zij de laatste jaren goed geweest voor zuidoost Turkije (het gebied waar de meeste Koerden wonen, red.).”

Wel maken de journalisten zich zorgen om hun collega’s die openlijk schrijven over de PKK (de Koerdische Arbeiderspartij)- of daar zelfs banden mee hebben. Fidancılık: “Zij zijn degenen die echt op hun tellen moeten passen. Een aantal van hen zit momenteel vast.”

Turkse journalisten ook de klos
Volgens de journalisten is het voor buitenlandse journalisten ‘relatief makkelijk’ om te werken in dit land. Toch herinneren ook zij zich de zwarte stip die Nederlandse journalist Bram Vermeulen kreeg. Ümit Özdal (Anadolu Agency) legt uit:

“Je kunt in dit land momenteel als journalist nog steeds twee grote fouten maken: kritisch zijn over de Koerdische kwestie, of kritisch zijn naar de regering rondom de Gezi Park protesten.”

De protesten van afgelopen zomer werpen volgens de journalisten een ander licht op de zaak. Özdal:

“Turkse journalisten dachten dat het wel losliep zolang ze bijvoorbeeld niet te kritisch waren over de Koerdische kwestie. Tot zij deze zomer ook tegen de grenzen van de persvrijheid aanliepen. Ook zij werden opgepakt, ook hun tv-stations sloten, en ook zij moesten boetes betalen.”

Aandacht voor persvrijheid in Turkije
Twintig procent van alle wereldwijd gevangen journalisten zit vast in Turkije, rapporteert het Committee to Protect Journalists. Het land staat op dit moment op de 154e plaats in de wereldranglijst van persvrijheid, niet ver van de laatste twee landen op de lijst: Noord-Korea (178) en Eritrea (179). Dat is mijlenver verwijderd van de Europese landen die in de top-40 bungelen.

Ceylan reageert hierop: “Ik hoop dat we de komende jaren ons als journalisten in Turkije verenigen om dit tegen te gaan. Persvrijheid is in ieder geval niet langer een zaak van alleen de journalisten die Koerd zijn, of kritisch over dit onderwerp schrijven. Het probleem is structureel.”

Maar feit blijft dat Koerden anders behandeld worden, voegt de journalist er aan toe. “Wij hebben de taak de zaken zo eerlijk mogelijk neer te zetten. We geloven zeker dat er vrede komt voor de Koerdische bevolking in Turkije. Maar tegelijkertijd zijn we er nog niet zeker van.”

Deze productie voor De Buitenlandredactie werd gemaakt in het kader van het journalistieke trainingsprogramma van Beyond Your World.

Vergelijkbare berichten