Een nieuwe crisis voor een nieuw jaar
Het leek vorige week wel een vroeg kerstwonder: de Democraten en Republikeinen bereikten een akkoord over een begroting. Het was een tam compromis, en de zaken die de twee partijen vurig willen bereiken, zoals hogere belastingen voor de rijkste Amerikanen (een Democratische wens) en een hervorming van de sociale zekerheid (een Republikeinse wens), maakten er geen deel van uit. Maar er was een deal, waardoor een zogenoemde shutdown in januari wordt vermeden. Maar de volgende crisis ligt al weer op de loer. Paul Ryan gaf namelijk zondag aan dat hij en de rest van zijn partij opnieuw het schuldenplafond willen gebruiken om een aantal zaken van hun wensenlijstje in vervulling te zien gaan.
http://youtu.be/fec5NeQxyks?t=6m40s
Het is niet precies duidelijk wanneer het schuldenplafond wordt bereikt, aangezien de minister van financiën wat boekhoudtrucs kan gebruiken om de uiterste deadline vooruit te schuiven. Maar we weten wel wat de gevolgen zijn van een zoveelste crisis rond het schuldenplafond, en die zijn niet louter een binnenlandse aangelegenheid voor de Amerikanen. De directe gevolgen zijn wel voor Washingtons rekening, zoals een verlaging van de rating van een van de kredietbeoordelaars of een negatief perspectief voor de toekomst. Maar de wereldeconomie is afhankelijk van de Amerikaanse dollar, en om de paar maanden een nieuwe crisis doet het vertrouwen in de dollar geen goed.
Uit een puur politiek oogpunt is het trouwens een raadsel waarom de Republikeinse partij deze zaak opnieuw op de spits wil drijven. Dit spel werd in 2011 en eerder dit jaar ook gespeeld, en beide keren gaf een meerderheid van de Amerikaanse bevolking de Republikeinen de schuld.
Maar wat tijdens de vorige opgeklopte crises al door sommigen werd benadrukt, maar wellicht dit keer nog meer onder de aandacht moet worden gebracht is dit: de verhoging van het schuldenplafond draait om het betalen van uitstaande rekeningen, niet om nieuwe uitgaven. Het Congres, dat over het geld gaat in de Verenigde Staten, stelt prioriteiten, voert wetten door, etc. Deze dingen kosten allemaal geld. De mensen die voor die uitgaven hebben gestemd (of hun opvolgers) willen nu feitelijk de rekening niet betalen. En als de tegenstanders van een verhoging van het schuldenplafond hun zin krijgen, of mensen zoals Paul Ryan vinden dat de tegenpartij ze niet genoeg concessies biedt, betaalt de gehele wereldeconomie daar de prijs voor.