Wiens schuld is het?
Wie is overtuigender: de winnaar van een voetbalwedstrijd die stelt dat het verlies van de tegenpartij wellicht deels te wijten was aan het slechte veld, of de verliezer die eindeloos blijft klagen over de slechte grasmat en daar zijn verlies aan ophangt?
Het antwoord lijkt me duidelijk. Maar in Zuid-Afrika hebben alle partijen een sterke voorkeur voor de laatste optie. Afgelopen week brak er maar weer eens een discussie los over de vraag wiens schuld de huidige (economische) problemen van de onderklasse nu eigenlijk zijn.
De blanke (ANC-)minister Trevor Manuel startte de discussie door te stellen dat het tijd wordt apartheid niet langer de schuld van alle problemen te geven. De zwarte president Jacob Zuma stelde daarop dat ‘het onmogelijk is te stoppen apartheid de schuld te geven.’ Volgens hem is apartheid nog altijd de schuld van alles.
Schuld afschuiven
Het is de Zuid-Afrikaanse politiek in een notendop – en feitelijk niet alleen de Zuid-Afrikaanse politiek. Ook Noord-Europa houdt ervan Griekenland, Cyprus en consorten de schuld te geven van de eurocrisis. En in Griekenland en Cyprus beelden ze Angela Merkel bij demonstraties niet zelden af met een snorretje en een hakenkruis.
Sowieso is de Tweede Wereldoorlog, als het ijkpunt van het kwaad, een dankbaar symbool. Ook in Zuid-Afrika. In de recente schulddiscussie droeg ANC-secretaris Gwede Mantashe bijvoorbeeld zijn steentje bij door zich af te vragen wanneer de Holocaust ook maar weer plaatsvond. ‘Waarom lijkt die herinnering dan nog zo vers alsof de Holocaust vorig jaar was?’ Zijn antwoord: ‘Omdat het zo’n enorme onrechtvaardigheid was voor een specifieke gemeenschap.’ Kleine stap naar apartheid, vond hij.
Ik kan Mantashe uit de droom helpen: het voelt niet alsof de Holocaust vorig jaar plaatsvond. En pas als wij (of recent Zuid-Europeanen) ons deel van collectieve schuld op een ander willen afschuiven, worden de snorretjes en hakenkruizen erbij gehaald – ik betwijfel of mensen dat lef hadden gehad als de verschrikkingen van het naziregime in 2012 hadden plaatsgevonden.
Het neemt niet weg dat apartheid veel minder lang geleden is, en dat een dergelijk misdadig systeem inderdaad lange tijd nodig heeft om zijn uitwerking te verliezen. Maar dat kan alleen als daar ook werk van wordt gemaakt. En exact dat laat het ANC al negentien jaar na.
Ik sprak onlangs een (blanke) Amerikaan in Durban die zich verwonderde over de houding van blanke Afrikaners. ‘Zij doen net alsof zij het slachtoffer zijn,’ zei hij. ‘Ze willen alleen maar vooruit kijken en vergeten wat ze in het verleden hebben misdaan.’ Het probleem van het ANC is, op zijn beurt, dat het wel een repeterende plaat lijkt die maar niet voorbij die ene kras wil komen en de naald constant laat terugspringen naar de periode voor 1994.
Schuld biedt meer mogelijkheden dan slachtofferschap
Het leidt tot een patstelling, die zich uit in voortdurende beschuldigingen over en weer en in een consequente ontkenning van de eigen verantwoordelijkheid.
Net zoals wij ons in Noord-Europa moeten realiseren dat wij Zuid-Europa in het verleden te veel geld leenden, opdat die regio meer van onze voordelige exportproducten zou afnemen, en Zuid-Europa dient te beseffen dat het jarenlang op te grote voet heeft geleefd, zo zouden Afrikaners zich moeten bedenken dat zij dankzij apartheid nog altijd (onverdiend) veel rijker zijn dan verreweg de meeste zwarte Zuid-Afrikanen, en zou het goed zijn als het ANC na negentien jaar besturen zijn verantwoordelijkheid zou nemen voor het niet oplossen – nee, zelfs vergroten – van de economische problemen die onder apartheid zijn gecreëerd.
Maar ja, zo werkt het niet in de realiteit. Want in het ‘nu’ voelt de slachtofferrol prettiger dan de rol van schuldige. Het zou echter een zegen zijn als men eindelijk zou inzien dat schuld juist veel meer opties biedt dan slachtofferschap. Een schuldige kan zijn gedrag immers zelf ten goede veranderen, het slachtoffer zal altijd afhankelijk zijn van de wil van anderen. En wie wil er nou afhankelijk zijn?