De Egyptian dream van een Koptische apotheker
Lucia Admiraal is studente Geschiedenis en Arabische taal en cultuur en freelance journalist. Ze reisde deze zomer door het Midden-Oosten en schreef hierover onder andere voor De Buitenlandredactie en Egypt Today. Alle foto’s bij deze reportage zijn van Alexander Schippers.
Tot zijn achttiende had Tony Sedki (24) nooit popmuziek gehoord. Hij groeide op zonder televisie of radio. Dus nu hij een auto heeft en dagelijks in het Caireense verkeer vastzit, is zijn autoradio heilig. Tony heeft een enorme collectie pop-en trancemuziek om alle verloren muziekjaren in te halen. Het liefst spreekt hij de hele dag Frans en hangt hij met buitenlanders in luxe koffieketens of bars in Cairo.
Als er sprake is van een Egyptian Dream, dan is Tony het toonbeeld. Hij is een christelijke jongen die opgroeide in een klein plattelandsdorp en vier jaar geleden naar Cairo trok. Zoals veel Kopten werkt hij in een saydaliyya, een apotheek.
Dit voorjaar emigreert Tony naar Canada. Een goede tijd om weg te gaan denkt hij, want voor de jeugd is er geen toekomst in Egypte, al helemaal niet voor de Kopten. Van zijn Koptische vriendengroep vertrekt meer dan de helft dit jaar naar het buitenland, met name naar Canada en de Verenigde Staten.
Tot zijn veertiende woonde hij nog met zijn ouders en vijf zussen in een plattelandsdorp van nog geen drieduizend inwoners in het zuiden van Egypte. Het dorp van de knoflook genoemd vanwege het aldaar geproduceerde gewas. Tony hielp mee op het land en zijn oom leerde hem lezen en schrijven.
In de winter werd er knoflook gekweekt en in de zomer katoen. Het bracht jarenlang genoeg op om het dorp draaiende te houden. Maar de laatste jaren is de samenstelling van de te planten zaden die het dorp jaarlijks opkoopt van de staat veranderd en is het katoen minder goed. De producties vallen tegen.
Tony’s oom Atif leek deze onzekere toekomst twaalf jaar geleden al aan te zien komen, en hij was dan ook de spil in Tony’s besluit om te vertrekken. Atif besloot met zijn vrouw en vier zoons naar Cairo te verhuizen en probeerde Tony’s vader te overtuigen om zijn zoon ook te laten gaan.
Een enorme overgang: van een plattelandsdorp waar ruim een derde van de bevolking christelijk is, zonder verkeer of televisie, naar een intense metropool waar overwegend moslims wonen. Atif nam zijn intrek in een drukke wijk in Giza en opende een maktaba, een kantoorboekhandel.
Tijdens zijn studie farmacie in de provinciale hoofdstad Al Minya bracht Tony de zomers werkend door in een supermarkt nabij Alexandrië of in een linzenverwerkingsfabriek in Cairo. De grote stad lonkte. In 2008 volgde hij zijn ooms advies op en verhuisde hij naar de hoofdstad. Inmiddels spreekt hij vloeiend Frans, rijdt hij in een auto van de baas van de apotheek in Cairo en wacht hem een toekomst in Canada.
In de woonkamer van Atifs huis op de derde verdieping, in een wijk met vervallen huizen en smalle straten vol zand en kuilen, drinkt Tony thee. Hij is op bezoek bij zijn oom, tante en neef Michael.
Vandaag geen taart bij de thee, want ze zijn aan het vasten en deze keer mag er geen zuivel of vlees worden gegeten. Dat vasten zijn ze wel gewend, want Koptische christenen vasten ruim 200 dagen per jaar. De andere neven wonen allemaal in het buitenland, in de Verenigde Staten, Dubai en Canada. Tony woont even verderop, in hetzelfde gebouw als zijn zus, die kort geleden ook naar Caïro verhuisde.
Atif zit in een grote stoel tussen zijn zoon, neef en vrouw in, en vertelt over zijn keuze om het platteland te verlaten twaalf jaar geleden. En dat het eigenlijk een schande is om je land te verkopen. Als boer is het land je erfgoed en grootste schat. Toen hij besloot het dorp te verlaten reageerden inwoners dan ook verbaasd en verontwaardigd. Maar uiteindelijk stonden ze de familie ‘huilend uit te zwaaien’.
Ruim tien jaar na hun vertrek zien veel inwoners van het knoflookdorp in dat er daar weinig mogelijkheden liggen voor de jeugd. Er is niet eens een apotheek, benadrukt Tony. Vrijwel alle jongeren hebben het dorp verlaten of werken in de stad.
Twee keer per jaar gaan Atif en zijn familie terug. Of er komt bezoek vanuit het knoflookdorp naar Caïro. Maar dat gaat minder goed. Als Tony’s vader, die nog steeds boer is, hem komt opzoeken in Caïro houdt hij dat niet langer dan twee dagen vol. Het verkeer, de smog, de drukte; hij keert altijd halsoverkop terug naar het platteland.
Trots laat Tony’s tante Amal foto’s rondgaan van haar zoons in het buitenland: kitscherige portretten van hun bruiloften. Safwat is apotheker in Canada, Tharwat is een dokter in de Verenigde Staten en Wagdy is apotheker in Dubai. Natuurlijk mist ze hen. Maar gelukkig is er Skype.
En wanneer alle zoons uiteindelijk in het buitenland wonen en een goede baan hebben, zijn Atif en Amal tevreden. Ze zien geen toekomst hier in Caïro voor hun kinderen, vooral niet nu Morsi president is en veel christenen vrezen voor toenemende discriminatie.
Het optimisme na de revolutie greep ook Atif en zijn familie aan. Maar na verloop van tijd konden zij niet anders dan sceptisch worden, vooral nadat een familielid overleed tijdens de bloedig onderdrukte demonstratie bij Maspero in Caïro in oktober vorig jaar, waarbij 28 Kopten werden gedood.
Tony praat nauwelijks over politiek. Hij windt zich te erg op over de regerende Moslimbroederschap en het lijkt hem beter het onderwerp te vermijden. Wel spreekt hij zijn zorgen uit over de cirkel van wantrouwen waarin moslims en christenen leven. In zijn geboortedorp leven en werken moslims en christenen samen, in deze wijk in Caïro blijft het bij vluchtige begroetingen. Nooit zag hij het wantrouwen in de stad zich zo intens manifesteren als afgelopen jaar.
Toch is het niet alleen tekenend voor de christelijke gemeenschap dat zoveel jonge mensen Egypte willen verlaten. Alle jongeren willen weg, denkt Tony, want zij lijden allemaal onder de grote economische problemen. Zijn bezorgdheid over de positie van Kopten in een door de Moslimbroederschap geregeerd land is niet de belangrijkste reden om te emigreren. In Canada hoopt hij vooral zijn kansen op een carrière te kunnen vergroten.
Dat hij vertrekt in het voorjaar, betekent niet dat het lot van Egypte Tony onverschillig laat. Eerst was hij stellig nooit meer naar Egypte terug te keren, zo pessimistisch was hij geworden. Inmiddels wil hij in de toekomst graag iets kunnen betekenen voor het land en overweegt hij mensenrechten te gaan studeren in Canada. Maar hij komt alleen terug naar Egypte als hij ook een Canadees paspoort heeft. Zodat er altijd een uitweg is.
Lees ook:
Waarom Arabische mannen vrouwen haten
Egyptische journalisten demonstreren tegen controle media door Moslimbroederschap
Actie tegen seksuele intimidatie in metrostation Cairo tijdens Suikerfeest