|

Berlusconi of Monti – Italiaanse media vinden altijd wel een zondebok

Foto: Servaas van der Laan

In de avond van 16 november 2011 hing in Rome de revolutie in de lucht. Groepen met uitzinnige Italianen hadden zich verzameld voor Palazzo Grazioli, de Romeinse woning van premier Berlusconi.

Ladro! (dief) riep een stel, Buffone! (hofnar) brachten anderen uit. Toen de meest gehate man op die plek van dat moment heel even zijn glanzende kale hoofd liet zien, barstte de menigte uit in een striemend fluitconcert.

Grapjes
Het volk kon zijn bloed drinken en Berlusconi wist dat dit geen moment was voor grapjes. Snel dook hij in de zwart glimmende Audi A8 die hem stond op te wachten.

Toen bedacht hij zich dat hij toch nog een laatste grap moest uithalen om aan de uitzinnige menigte te ontkomen. Hij stuurde een identieke Audi vooruit als lokaas. De mensenmassa dook bovenop de wagen en bekogelde de gepantserde ramen met muntjes en aanstekers. Berlusconi verliet ondertussen via de andere kant stilletjes zijn paleis.

Verlies
De premier mocht op een slinkse manier aan zijn vijanden zijn ontkomen, toch was 16 november de avond van zijn grote verlies. De glimmende Audi ging namelijk niet naar zijn riante via San Martino in Arcore waar hij door een club als zusters verklede meiden werd opgewacht.

De chauffeur stuurde de bolide rechtstreeks naar het presidentiële paleis verderop in Rome, waar Berlusconi iets ging doen waar links Italië al zo lang om schreeuwde: zijn ontslag als premier aanbieden.

Oprotten!
De weken voorafgaande aan die voor de premier dramatische 16 november speculeerden de Italiaanse kranten ruimschoots over het vertrek van de premier. Eigenlijk kon het geen speculeren genoemd worden, het was meer eisen. Ora vattene!, En nou oprotten! kopte de onafhankelijke, maar sterk gekleurde krant Il Fatto Quotidiano.

Met de kritieke economische situatie in het land waar de rentes op staatsobligaties maar bleven oplopen, zagen de media maar een grote boosdoener: Silvio.

Hazenpakjes
Zijn imago van zakenman die de crisis wel even zou oplossen hield geen stand meer. De vele schandalen met jonge meisjes in hazenpakjes en de markante en kwetsende uitspraken naar andere regeringsleiders (het achterwerk van Merkel) overheersten.

Schaamte en boosheid domineerden bij de kranten die waren verworden tot anti-Berlusconi campagnekranten. Berlusconi op zijn beurt sprak van een complot van links.

Verademing
Toch kregen de hijgende hyena’s van links hun zin. De corrupte, maar vermakelijke Berlusconi maakte plaats voor de kundige, maar saaie professor Mario Monti.

De bankier gaf gelijk het goede voorbeeld: hij zag af van zijn vergoeding als premier. ‘Wat een verademing,’ dachten alle media. Dat Monti zijn riante gages als parlementariër en senator van het leven gewoon behield, leek niemand te interesseren.

Vieze hoestdrank
De kranten stonden vol van de maatregelen die Monti door ging voeren. Ze waren zwaar, maar noodzakelijk. Media spraken van vieze hoestdrank: het is even slikken, maar daarna ben je wel van je problemen af.

Vol euforie berichtten de kranten over de flitsende acties van de belastingdienst die de rijk bedeelde wintersporters in Cortina d’Ampezzo ging pesten. Ferrari’s werden aangehouden, bonnetjes gecontroleerd, enkele uitkeringtrekkers in bontjassen liepen tegen de lamp. Het volk smulde ervan, eindelijk werd er wat gedaan aan corruptie in het land.

Miserie
Maar langzamerhand maakte de euforie plaats voor miserie. Dat de premier zijn salaris inlevert is leuk en dat een paar frauderende Lamborghini-rijders tegen de lamp lopen is aardig, maar wat levert dat de schatkist nou eigenlijk op? De échte maatregelen, die Monti wel degelijk heeft doorgevoerd, begonnen aan de andere kant wel heel erg pijn te doen.

De verhoging van de pensioenleeftijd trof de hardwerkende ondernemer die zijn hele leven had gespaard voor zijn pensioen en zich nu opeens zag opgezadeld met een onverwacht gat. De tragische verhalen van middenstanders die door de btw-verhoging de zaak moesten sluiten vonden steeds vaker de weg naar de krant.

Het aantal zelfmoorden zou zelfs zijn toegenomen door de inhumane maatregelen van Monti. Iets wat met een belletje naar het Italiaanse CBS overigens gemakkelijk van tafel kon worden geveegd.

Opportunisme
Binnen een paar maanden tijd was de vreugde over het vertrek van Berlusconi zo goed als verdampt. Dat de door Berlusconi gedomineerde televisie zich tegen Monti zou richten, viel te verwachten. Maar dat ook de kranten, misschien zakenkrant Il Sole uitgezonderd, zich lieten meeslepen, is tekenend voor de manier waarop Italiaanse media te werk gaan. Het opportunisme overheerst. Schrijven tegen de macht is leuker en dramatische verhalen verkopen nou eenmaal beter.

Waar de a-politieke Monti aanvankelijk niet werd aangepakt, is hij nu een gemakkelijke pispaal. Zowel de rechtse als de linkse media kunnen op hem schieten, een politieke kleur heeft hij immers niet. Want objectieve journalistiek kom je in Italïe niet zo snel tegen. Niet voor niets kent Italië geen site vergelijkbaar met Nu.nl. Dat vinden Italianen namelijk helemaal niet leuk.

Waar het verzuilde Nederland een redelijk politiek gematigde samenleving van jongeren heeft opgeleverd, is Italië in die ontwikkeling blijven steken. Niet voor niets bestaan in Italië nog communisten en fascisten. Italianen willen daarom ook worden voorgelicht door een medium dat de wereld door dezelfde kleur bril bekijkt.

Berlusconi vergeten?
Is Berlusconi dan helemaal vergeten? Gelukkig niet. De flamboyante zakenman heeft nog een aantal rechtszaken waar hij mee moet afrekenen. Deze week nog hoorde hij drie jaar en acht manden cel tegen zich eisen wegens belastingontduiking met zijn bedrijf Mediaset. En dan zijn daar natuurlijk nog de Bunga-Bungameisjes.

Monti of Berlusconi? De kranten hebben voorlopig genoeg om over te schrijven.

Vergelijkbare berichten