Undercover journalist maakt documentaire in Syrië op iPhone
De documentaire Syria: Songs of Defiance van 14 maart
Dat livestreamen vanuit Syrië mogelijk is met een Samsung Galaxy smartphone lieten William Gagan en Geoff Shivley al zien. Een journalist van Al Jazeera pakte het anders aan, hij schoot een documentaire voor het programma People & Power, Syria: Songs of Defiance, met zijn iPhone.
Waarom een smartphone gebruiken voor het vastleggen van de gebeurtenissen in Syrië? Omdat een videocamera je identificeert als journalist en daarmee mogelijk tot een doelwit maakt in het conflict.
Maar er zijn meer redenen om een mobile device te gebruiken voor het schieten van een documentaire, schrijft techblog Mashable, het zorgt voor materiaal dat toegankelijker is voor de kijker dan moeilijk verifieerbare filmpjes van activisten op YouTube.
Wat zijn de voordelen van het maken van beelden op de iPhone als undercover-journalist in Syrië?
- De journalist kan meer context toevoegen aan de beelden. Hij is veel interactiever en betrokken bij zijn onderwerp doordat hij er dichter op staat in plaats van op een afstand met zijn lens gericht op de gebeurtenissen
- De journalist filmt vanuit het perspectief van de bevolking en zit er dus middenin;
- De beelden zijn rauw en realistisch, net als de gebeurtenissen die de iPhone vastlegt.
Maar journalisten moeten ook met mobiele telefoons oppassen, zeker als ze gebruik maken van livestreaming. Er wordt gesuggereerd dat het Syrische leger achter de aanval zat op het perscentrum in Homs, waarbij journalisten Marie Colvin en Remi Ochlik omkwamen. De militairen zouden daarbij speciale technologie gebruikt hebben om de positie van de journalisten te bepalen aan de hand van de signalen van hun mobiele en satelliettelefoons, schreef Robert Young Pelton begin maart op Foreign Policy. Dezelfde technologie die de Russen in de oorlog in Tsjetsjenië gebruikt zouden hebben om de verslaggeving te hinderen. Pelton:
I was distressed to read of Colvin’s death in Syria, and even more distressed to think she might still be alive now if she had remembered some basic warnings. Her first error was that she stayed inside the rebel “media center” — in reality, a four-story family home converted to this use as it was one of the few places that had a generator.
The second was communication. The Syrian army had shut down the cell-phone system and much of the power in Baba Amr — and when journalists sent up signals it made them a clear target. After CNN’s Arwa Damon broadcast live from the “media center” for a week, the house was bombarded until the top floor collapsed. Colvin may have been trapped, but she chose to make multiple phone reports and even went live on CNN and other media channels, clearly mentioning that she was staying in the bombed building.