Farkhunda’s verhaal: we schrijven geschiedenis

De beelden zijn moeilijk van je netvlies te krijgen. Farkhunda zit met een bloedend hoofd op straat, haar blik omhoog. Kort daarvoor is ze door een groep mannen met stokken en stenen belaagd. Dat ze nog rechtop zit is een wonder. De groep wordt groter en bozer. Voordat ze Farkhunda in brand steken, rijdt een auto over haar lichaam heen. Farkhunda’s moord gebeurde op 19 maart in hartje Kabul en duurde bijna drie uur. Farkhunda is 27 jaar oud geworden. De reden? Zonder enig bewijs werd de godsdienststudent ervan beschuldigd pagina’s uit de Koran hebben verbrand.

Afghanen gingen de dagen na haar dood massaal de straat op. Mijn timeline, met veel jonge Afghaanse Facebookvrienden, wordt overspoeld met berichten over Farkhunda. Haar bebloede gezicht is gruwelijk symbool van het protest geworden. Ze kijkt je aan op profiel- en omslagfoto’s. Vrouwelijke schminken hun hoofd rood of dragen een masker met Farkhunda’s gezicht tijdens protesten.

Overal Farkhunda’s
Ik moest de afgelopen dagen denken aan Rabia. Er zijn zoveel Farkhunda’s in Afghanistan, vrouwen met hetzelfde rampzalige lot. Rabia komt uit Balkh, de provincie waar de Nederlandse militaire missie nu huisvest.

Ze was, zo heb ik me laten vertellen, bloedmooi. En leefde zo’n 1271 jaar geleden.

Rabia was smoorverliefd op de jongen Baktash. Toen Rabia’s broer de geheime romance ontdekte, sloot hij haar op in een hamam. Hij wilde de eer van zijn familie redden en gaf bevel haar polsen door te snijden. Rabia bloedde een eenzame dood in de hamam in Balkh.

Bijna iedere Afghaan – jong, oud, rijk of arm – kent Rabia’s verhaal. Ze was namelijk niet zomaar iemand. Ze was Prinses Rabia Balkhi en een beroemd soefi-dichteres.

Haar legendarische verhaal is van generatie op generatie doorverteld. Door al die eeuwen heen is het ongetwijfeld mooier gemaakt en aangedikt. Maar wie het ook vertelt, dit blijft de strekking ervan:

De liefde tussen Rabia Balkhi en Baktash was – zoals wel vaker in Afghanistan – onmogelijk. Baktash werkte als slaaf voor de rijke en vooraanstaande familie van Rabia. Tijdens hun verliefdheid brak een oorlog uit, Baktash moest meevechten. Rabia werd gek van verdriet en zorgen over Baktash. Ze trok, ten einde raad, een harnas aan en bedekte haar gezicht op weg naar het slagveld.

Ze schreef op de muren van het badhuis. Met haar eigen bloed.

Daar redde ze Baktash en bracht hem veilig naar huis. Rabia schreef hartstochtelijke gedichten over hun liefde. Het ging mis toen Koning Haris, haar broer, daar lucht van kreeg. In de hamam schreef Rabia haar laatste liefdesgedicht voor Baktash. Dat deed ze op de muren van het badhuis. Met haar eigen bloed welteverstaan. Quelle histoire.

Het verkeerde verhaal
Rabia’s erfgoed is nog altijd prominent aanwezig in Afghanistan. Haar portret staat op grote muurschilderingen. Haar graf in Balkh is een populair bedevaartsoord voor vrouwen. Meisjesscholen en ziekenhuizen worden steevast naar de moedige Rabia vernoemd.


De Afghaanse journaliste Nushin Arbabzadah schreef in 2012 over die twijfelachtige eer. Ze stoort zich eraan dat Rabia’s verhaal wordt doorverteld als een tragisch liefdesverhaal. Niet als herinnering aan de ranzigheid van eerwraak, als een verhaal over geweld tegen vrouwen. We horen steeds hoe mooi Rabia was, maar dat haar broer haar polsen liet doorsnijden wordt zomaar als feitelijk aangenomen.

Die eerwraak wordt nooit openlijk afgekeurd, schrijft Nurshin. Volgens de journaliste zijn veel Afghanen goed in poëtisch schoonschrijven, om zo om de hete brei heen te draaien. Als we zoveel jaren later nog steeds over Rabia praten, schrijft ze, moeten we ons vooral afvragen hoe het kan dat er nog altijd Afghaanse vrouwen sterven door geweld van hun broers of echtgenoten (een vrije vertaling, lees haar hele betoog hier).

Slik het gif, doe alsof het suiker is
Ik dacht aan het bloed van Farkhunda, aan dat van Rabia. Waar stonden die vrouwen voor? Wat was hun boodschap aan de wereld? Ik besefte dat ik nooit heb geweten wat Rabia nou precies op die muren schreef. Ik vond de laatste regels van het gedicht:

When you see things hideous, fancy them neat. Eat poison, but taste sugar sweet

Je blik afwenden? Gif slikken en doen alsof het lekker smaakt? Voor de vrouwen die nu in Kabul protesteren, hun leven daarvoor wagen, is dat geen optie meer. Ze ballen hun vuisten en rochelen het gif van Afghanistan zo op straat. Is Farkhunda de hoofdpersoon van een nieuw legendarisch verhaal over een moedige Afghaanse vrouw?

We schrijven geschiedenis
Als Farkhunda’s verhaal straks wordt doorverteld, dan is alles wat we daar nu over schrijven cruciaal. Dan is het zaak dat journalisten, en op social media, een zo waarheidsgetrouw mogelijke reconstructie optekenen. Zodat door de eeuwen heen blijft staan wat echt belangrijk is.

Dat leek vorige week al even te mislukken.

Farkhunda werd onterecht beschuldigd van het verbranden van een Koran. Daarna werd, ook onterecht, gezegd dat ze geestelijk ziek is. Op Afghaanse TV probeerden geestelijken het verhaal snel te redigeren: ze keurden de moord goed. We moeten snel de feiten verzamelen voor poëtische schoonschrijvers zich aan het verhaal wagen. Farkhunda’s verhaal moet er één worden waar generaties vrouwen zich nog over zullen opwinden. Een blijvende herinnering aan Afghaans vrouwenleed en hoe hard er is gevochten voor hun vrijheid.

Vergelijkbare berichten