|

‘Gek? Natuurlijk ben ik gek’

Antonia Baum, een journalist van de Frankfurter Allgemeine interviewt een lid van de extreemrechtse politieke partij NPD. In het uiteindelijke artikel beschrijft Baum wat ze aantrof en wat NPD-lid Simone* zei. Een paar dagen later stuurde Simone me haar visie op het interview. Voor de Buitenlandredactie legde ik delen uit beide interviews naast elkaar en realiseerde ik me weer eens hoe makkelijk het is in de val van vooroordelen en aannames te trappen. – En hoe gecompliceerd interviews kunnen zijn.

Welkom!
Antonia: Ze woont in een klein dorp in Zuid-Duitsland. “Kom binnen, heeft u een aangename reis gehad?” We schudden elkaar de hand, ik kijk recht in het gezicht van Simone, een irritant mooi gezicht. (Irritant? Ben ik werkelijk zo dom dat ik geloof dat een NPD-lid er slecht uitziet?) Ze draagt een rode jurk, heeft rode haren en rode schoenen en ze ziet er uit als een natuurgenezeres of een kunstlerares.

Simone: De bel gaat, het is woensdagmiddag. Voor mijn deur staat een prachtige vrouw met lange zwarte haren en een huid van porselein. Ze staat voor me als sneeuwwitje persoonlijk, die komt om het ‘boze wezen’ te begrijpen.

Mijn slechte ik
Antonia: We beginnen te praten, Simone ziet er nerveus uit en lacht regelmatig hulpeloos. Ze spreekt snel. Hard en opgewonden. Veel. Ongeordend. Ze kan zich goed uitdrukken. Natuurlijk is ze zich ervan bewust dat een artikel over haar kritisch gaat worden, maar het is voor haar ook belangrijk de krant als massamedium te gebruiken.

Simone: De journalist gaat op de bank zitten, observeert, vraagt en maakt aantekeningen. Ze zoekt naar mijn ware aard, mijn slechte ik. Ik antwoord, terwijl ik meedenk wat ze van mijn antwoorden kan maken, mijn kinderen in de gaten houd en de fotograaf erop wacht me te kunnen portretteren. Oké, dat wordt dan als nerveus uitgelegd. Waarom ook niet, het is een nerveuze situatie waarbij ik tenslotte in een nationale krant kom. Niet omdat ik wat gedaan of aangericht heb, maar om dat wat ik denk en soms ook zeg.

Moederliefde (?)
Antonia: Simone gaat voor mijn ogen liefdevol met haar kinderen om. ‘Schat, heb je honger?’ Dan komt nog een kind de woonkamer binnen, en zowaar een kind met het down-syndroom. (Wat? Hoe is dat mogelijk? Is dat toegestaan bij de NPD? Wat is er met deze vrouw aan de hand? Ze ziet er toch leuk en normaal uit!)

En dan is dit down-kindje toch extra lief en Simone zorgt ervoor en blijft ervoor zorgen, zelfs als we op de bank zitten springt ze regelmatig op. Terwijl zij zich om haar kinderen bekommert, kijk ik toe. (Doet ze dat nu omdat ik er ben? Dat zorgen en de vertraging die dat oplevert? De presentatie van dit down-kindje? Of is dat een walgelijke insinuatie van mij?)“Toentertijd had uw gehandicapte kind het niet overleefd,” zeg ik.

Simone: Ze zegt dat mijn gehandicapte kind het ‘toentertijd’ niet overleefd had. Ik antwoord haar dat 99,5% van de kinderen het vandaag in de baarmoeder niet overleefd, omdat de vrouwen het in hun eigen lichaam doodspuiten, in stukken laat snijden en weg laat zuigen. Dat zijn de eigen ouders die dat doen, in een vrije wereld. Toentertijd was het een dictatuur. Overigens kwam het gehandicapte kind van mijn oma in 1944 door een verkoudheid om het leven. “Geluk gehad,“ zegt de journalist. Ik zeg het haar na. “Geluk gehad?”. ”Ja, dat ze niet vermoord werd.” Het is toch eigenlijk duidelijk; zij en ik leefden ‘toentertijd’ niet. Wij leven vandaag. Wat heeft het dan voor zin om over toen te spreken, me te verdedigen? Het is volkomen irrelevant! Het enige wat ik kan doen is nu voor mijn kind opkomen.

“De politiek treft blaam”
Antonia: We spreken verder. De holocaust interesseert haar niet, dat is geschiedenis. Ze is niet tegen homoseksualiteit, maar de staat propageert dat teveel. Ze vertelt ook van een ‘negerin’ die eens bij het gezin overnachtte. ”U zegt negerin, meent u dat serieus?“ ”Ja natuurlijk bedoel ik dat serieus”, zegt ze. “En wat doet u als uw kinderen Turkse vrienden mee naar huis nemen?“ Ze reageert fel: ”Het gaat er niet om de Turken te haten. Dat is lomp. Niet de mensen maar de politiek treft blaam voor de hoeveelheid allochtonen.”
Inmiddels ben ik zo geïrriteerd dat ik haar voor gek verklaar, en ik besluit haar probleem in haar -hopelijk problematische- kindertijd te zoeken.

Simone: Gek! Ja, dat vind ik prima. Natuurlijk ben ik gek – ik heb het zonder iets te doen tot het feuilleton van de zondagseditie van de Frankfurter Allgemeine geschopt. Zonder iets te doen. Waarschijnlijk omdat ik een ‘Mutter’ ben die voor de toekomst van mijn kinderen mijn mond opendoe. Een Duitse moeder, staatsvijand nummer 1 in de DDR-tijd.
De journalist schrijft het zelf: ik ben een vrijdenker. Ze zoekt het boze in plaats van het licht, omdat haar dat is bijgebracht. Dat het boze zich in een hoofdstuk van de wereldgeschiedenis liet zien en dat mensen die zo denken als ik daar uit ontstaan zijn.

Antonia: Ik begin naar voorvallen te zoeken die in haar kindertijd gebeurd zijn. Daar komt niks uit. Ze was altijd al een Einzelgänger, een vrijdenker. Al vroeg begon ze voordrachten van de holocaustontkenner David Irving te luisteren, waarbij ze bij navraag aangeeft dat ze, kuch, echt niet wist dat hij de holocaust ontkende (niet slecht, die gespeelde verrassing). We spreken verder en ik ga er uiteindelijk vanuit dat iemand ook gek kan zijn zonder dat daar een reden voor is. Het heeft geen zin om verder te praten. ”Schrijf alstublieft niet over me alsof ik een slachtoffer ben,“ zegt ze bij het afscheid.

Stereotypen
Simone: Aan het eind van het interview voel ik me mat en leeggezogen. Ze was sympathiek en ik had haar graag gegeven wat ze wilde, nodig had voor haar verhaal, voor de bevestiging van haar wereld en waarden, haar voorstelling van goed en slecht. Maar dat kon ik natuurlijk niet, ik kon haar helaas niet bereiken.

Antonia: Na twee uur NPD-praat sta ik voor het huis in een of andere dorpsstraat in Duitsland. Ik heb aan alle stereotypen gedacht die er zijn en ben desondanks in verschillende vallen gelopen, hoewel ik me van die stereotypen bewust was…

*Simone heet in werkelijkheid anders.

Vergelijkbare berichten